Oom agent is geen cop

Door Bart de Koning • Illustraties XF&M

Nederlandse politici en politiemensen zijn dol op spijkerhard Amerikaans beleid. We volgen elke nieuwe modegril: war on drugs, zero tolerance, preventief fouilleren, kogelwerende vesten, pepperspray, taseren. Het is een raadsel waarom, want de Amerikaanse aanpak is overduidelijk rampzalig.

Uit Maarten! 2020-4. Bestel losse nummers hier

Stel dat de Minister van Volksgezondheid in een interview zou hebben aangekondigd infectieziektes keihard aan te pakken: ‘Ziektes moeten het land uit!’ Hij zou daartoe naar Amerikaans voorbeeld een speciale eenheid vormen. Het is een gedachte-experiment dat nooit werkelijkheid zal worden. Een kind begrijpt dat je ziektes het land niet uit kunt jagen met stoere praatjes – je kunt hoogstens proberen ze beheersbaar te houden. En een speciale eenheid die Amerikaans beleid gaat nadoen? Het hoongelach zou tot ver buiten het Binnenhof te horen zijn.

Toch is dit precies wat Ferdinand Grapperhaus zei over drugs. In 2018 gaf de voormalig minister van Justitie een interview in de Volkskrant waarin hij zijn eigen variant op de war on drugs lanceerde: ‘A War on Criminal Organizations, dat is één. En twee: cocaïne en synthetische drugs moeten het land uit.’ Dat zoiets nog nooit ergens gelukt is deed er niet toe: de verslaggevers noteerden het braaf en de krant drukte het af. Een jaar na dit interview kwam Grapperhaus met zijn plan voor een Nederlandse DEA. Deze Drugs Enforcement Agency is de drijvende kracht achter de war on drugs en kennelijk een inspirerend voorbeeld voor Grapperhaus.

Het is typerend voor de manier waarop we in Nederland al decennia klakkeloos de Amerikaanse aanpak van drugs en misdaad volgen. Als geroepen wordt dat drugs het land uit moeten, wordt het voorbeeld van zero tolerance gebruikt, een keiharde aanpak van misdaad die Rudy Giuliani in de jaren negentig invoerde als burgemeester van New York.

Hoewel wetenschappelijk onderzoek het vermeende succes van die aanpak allang onderuitgehaald heeft, de politie in New York jaren geleden afstand heeft genomen van zero tolerance en Giuliani zelf in een raaskallende fan van Donald Trump is veranderd, blijft zijn gedachtegoed in Nederland springlevend. Ook Grapperhaus’ voorganger, Ivo Opstelten, mocht graag met sonore basstem hardop dromen over nul tolerantie.

Maar het zijn niet alleen rechtse politici die de Amerikaanse aanpak zien zitten. PvdA-prominent Hans Spekman pleitte voor het vernederen van overlast gevende jongeren van Marokkaanse afkomst in hun eigen buurt. Het is de poldervariant van de sheriff die gevangenen in een roze overall hijst en ze in een chain gang op straat aan het werk zet. ‘Strenger straffen’ kan al sinds de jaren tachtig rekenen op meerderheden in de Kamer. Het regime in Nederlandse gevangenissen is naar Amerikaans voorbeeld de afgelopen decennia sterk versoberd.

Bodycam

Ook zijn Nederlandse politiemensen steeds meer op Amerikaanse agenten en militairen gaan lijken. Ze dragen geen gewone schoenen meer, maar militaire kisten en een broek die duidelijk geïnspireerd is op een militair uniform, en ze hebben een indrukwekkende verzameling hardware bij zich die ze hebben afgekeken van hun Amerikaanse collega’s: tasers, pepperspray, een kogel- en steekwerend vest en vaak een bodycam.

Omdat er sinds de vorming van de Nationale Politie steeds minder blauw op straat te vinden is, zijn gemeentes hun eigen handhavers als een soort gemeentepolitie light gaan inzetten. Naast de 63.000 politiemensen zijn er inmiddels 3900 handhavers, die óók stoere broeken, militaire kisten, steekvesten en handboeien hebben.

De Rotterdamse politiechef Frank Paauw was al jaren groot voorstander van de Amerikaanse aanpak: zero tolerance tegen drugs, preventief fouilleren, willekeurige auto’s op straat doorzoeken, preventief woningen doorzoeken, bewakingscamera’s op straat, de invoering van een verplichte DNA-databank voor alle Nederlanders – het kon niet hard genoeg.

Na zijn overstap naar Amsterdam is ook daar de toon harder geworden. Zelfs burgemeester Femke Halsema blijkt voorstander te zijn van preventief fouilleren in wijken als Amsterdam-Zuidoost en Nieuw-West. Deze methode is een-op-een overgenomen van het Amerikaanse stop and search, waarover later meer.

Nederlandse politiemensen hebben een indrukwekkende verzameling hardware bij zich

Als Kamerlid van GroenLinks kon Halsema in 2001 uitstekend uitleggen waarom het fouilleren van onschuldige burgers tegen wie geen enkele concrete verdenking bestaat principieel fout is: ‘Laten we een les trekken uit wat er in de Verenigde Staten gebeurt, waar de politie ook verregaande bevoegdheden heeft. Het gaat om de meest kwetsbare wijken, waar mensen met een andere huidskleur er als eerste uit worden gepikt. Het leidt tot discriminatie en stigmatisering van hele stadswijken. (…) Preventief fouilleren is niets meer dan een paardenmiddel. Het is een zware inbreuk op de persoonlijke levenssfeer, en staat in geen verhouding tot het resultaat dat wordt bereikt. (…) Je creëert alleen de illusie van veiligheid. Zie wat er jaren geleden gebeurde bij het experiment in de Rotterdamse Millinx-buurt. Er werden duizenden mensen gefouilleerd, maar er werden slechts vier wapens gevonden.’

Let wel: dit vond het Tweede Kamerlid Halsema twintig jaar geleden. Als burgemeester is ze inmiddels ‘om’.

Halsema was in de jaren negentig nog voorstander van het legaliseren van drugs, omdat ze als criminoloog heel goed begreep dat de war on drugs niet te winnen was. Inmiddels is ze ook hier ‘om’. Ze bestelde in 2019 als burgemeester voor 50.000 euro een rapport over de invloed van drugs in Amsterdam bij Pieter Tops en Jan Tromp.

Deze hoogleraar en journalist beweren al jaren dat Nederland wordt ondermijnd door criminaliteit en stelden ook in dit geval niet teleur: na een aantal achtergrondgesprekken zagen ze ook in Amsterdam overal ondermijning. Ze adviseerden daarom ‘massieve repressie’ tegen drugs. Het woordje ‘massieve’ verraadt het letterlijk kopiëren van een Amerikaans recept. Het Engelse massive betekent ‘enorm’, het Nederlandse ‘massief’ betekent iets heel anders, namelijk: ‘niet hol.’

 

Patseraanpak

Halsema omhelsde het rapport en het bijbehorende frame van ‘ondermijning’ – een vaag, niet officieel gedefinieerd begrip dat alle schadelijke invloed van misdaad op de bovenwereld omvat. Ook daarmee stapte ze in een lange Amerikaanse traditie. De gedachte dat criminelen met hun foute geld de bovenwereld willen beïnvloeden gaat terug tot Al Capone.

Het idee nam een serieuze vlucht vanaf de jaren tachtig, toen Amerikaanse onderzoekers wilde schattingen gingen verspreiden over de honderden, zelfs duizenden miljarden dollars aan drugsgeld die witgewassen zouden worden. Criminoloog Petrus van Duyne schrijft in The Critical Handbook on Money Laundering dat hij er begin jaren negentig persoonlijk bij was toen een Amerikaanse delegatie de ‘blije witwasboodschap’ kwam ‘evangeliseren’ in Nederland.

Naast een uitleg van de Amerikaanse Money Laundering Control Act lieten ze foto’s zien van tevreden Amerikaanse sheriffs naast glimmende auto’s die ze in beslag hadden genomen. Dat is de inspiratie voor de huidige Nederlandse ‘pluk ze’-wetgeving en de Rotterdamse ‘patseraanpak’: automobilisten aan de kant zetten die naar het oordeel van surveillerende agenten in te dure auto’s rondrijden.

Ongefundeerde en steeds hogere schattingen maken over drugsopbrengsten is typisch Amerikaans. Als je de officiële ramingen van de Financial Action Task Force over de afgelopen decennia bij elkaar optelt zou er wereldwijd nu meer dan 25 biljoen dollar aan misdaadgeld moeten rondzwerven, zo becijfert Van Duyne. Dat geld is nog nooit ergens gevonden.

Ook in Nederland kennen we wilde inschattingen van de drugsmarkt, meestal tussen de 16 en 20 miljard euro per jaar. Cumulatief zouden over de afgelopen decennia ergens honderden miljarden euro’s aan drugsgeld witgewassen moeten zijn, die een ‘ondermijnend effect’ in de bovenwereld zouden hebben.

Maar dat soort bedragen vinden we nooit. De Nederlandse politie neemt jaarlijks enkele tientallen miljoenen euro’s aan drugsgeld in beslag. Journalisten en wetenschappers die kritische vragen stellen over de verschillen tussen de geschatte miljarden en de gevonden miljoenen krijgen te horen dat het geld in het buitenland zit. Maar daar vinden de autoriteiten het ook niet.

Veiligheid nú

De mislukking van de Amerikaanse aanpak is wereldwijd zichtbaar. Drugs zijn al een eeuw illegaal, maar er zijn nu veel meer drugsgebruikers dan ooit tevoren. Ook de productie breekt records. Toch blijven we maar achter het Amerikaanse beleid aan lopen. Waarom is een raadsel, want als de bestrijding van misdaad en drugs érgens faalt, dan is het wel in de Verenigde Staten.

Hoewel ze beschikken over een enorm uitgedijd en tot de tanden gewapend politieapparaat en geen enkel ander westers land zoveel eigen burgers achter de tralies heeft zitten, is het nergens in de westerse wereld zo onveilig als in de Verenigde Staten. Naast zo’n 17.000 doden door moord, overlijden er jaarlijks ook zo’n 50.000 Amerikanen aan drugs.

Waarom het straffe Amerikaanse evangelie in Nederland zo populair is, is lastig te doorgronden. De behoefte aan streng straffen zou te maken kunnen hebben met de enorme welvaartsstijging van de laatste decennia en het bijbehorende egoïstische consumentisme, zo betogen criminologen Marc Schuilenburg en Bas van Stokkom in een recent artikel in het Tijdschrift voor Cultuur en & Criminaliteit. Mensen willen nú veiligheid, zonder rekening te houden met de gevolgen voor anderen of voor later: ‘Veiligheidsverlangens moeten onmiddellijk bevredigd worden, inclusief het pleidooi voor harder straffen en hoge hekken om het land.’

De roep om harder straffen ontstond hier eind jaren tachtig, precies toen de neoliberale marktwerking opkwam. Ivo Opstelten heeft weleens toegezegd dat hij alle jeugdbendes binnen een jaar ging oprollen. Het eerste kabinet-Rutte beloofde in zijn regeerakkoord een land ‘dat niet onveilig was en waar geen gevoelens van onveiligheid’ meer zouden zijn. Kortom, onmiddellijke bevrediging van veiligheidsverlangens, hoe infantiel ook.

Nergens in de westerse wereld is het zo onveilig als in de VS

George Floyd

Donald Trump liet het failliet van deze aanpak zien. Alleen zijn harde kern van fans gelooft nog steeds in de muur langs de Mexicaanse grens. Er is in de Verenigde Staten een sterke progressieve tegenbeweging ontstaan, die de politie wil hervormen en inkrimpen. Juist in het land waar de war on drugs is uitgevonden legaliseren steeds meer staten cannabis. Dit is voor de rest van de wereld hét moment om het repressieve Amerikaanse model los te laten.

De dood van George Floyd en de rellen die daarop volgden leggen de problemen rond de Amerikaanse politie genadeloos bloot. De woede van de zwarte demonstranten komt voor een belangrijk deel voort uit het stop and search-beleid van de Amerikaanse politie.

Dat is in de jaren tachtig bedacht omdat de politie maar geen greep kreeg op het wapengeweld in een achterbuurt in Kansas. Door een gaatje in de wet bleek het mogelijk om auto’s voor een verkeerscontrole aan de kant te zetten en te doorzoeken op wapens en drugs. Dat werkte aanvankelijk heel goed in die ene moeilijke wijk, waar veel problemen geconcentreerd waren.

Maar vervolgens ging het gruwelijk mis, beschrijft Malcolm Gladwell in Talking to Strangers. De politie rolde de agressieve aanpak uit over heel Amerika, waarbij agenten getraind werden om in principe alle automobilisten te zien als potentiële criminelen. Dat leidde tot overmatig en volstrekt zinloos controleren.

Zo voerde de politie in North Carolina maar liefst 399.983 extra controles uit. Ze vonden in totaal zeventien wapens. Was het werkelijk de moeite waard om 400.000 burgers van je te vervreemden en te stigmatiseren om die 17 rotte appels te vinden, vraagt Gladwell zich retorisch af. Het controleren is niet alleen zinloos, maar ook racistisch, omdat vooral etnische minderheden aan de kant gezet worden.

 

Trekkervinger gestrekt

Het diepgewortelde wantrouwen tegen burgers speelt ook bij demonstraties. Leden van de Amerikaanse oproerpolitie zien er tegenwoordig uit als Special Forces in Afghanistan: ze patrouilleren met automatische wapens voor de borst, gehuld in kogelwerende vesten, kevlarhelmen, zonnebrillen, kistjes, trekkervinger gestrekt langs het wapen – alsof ze elk moment het vuur kunnen openen op de taliban. Die uitrusting is vaak afkomstig uit dumps van het leger.

Het probleem is: ze jagen niet op levensgevaarlijke terroristen, ze staan tegenover Amerikaanse burgers. Voor de liefhebber ziet het er cool uit, maar het is riskant: wie eruitziet als een militair gaat zich ook zo gedragen. En bedenk dat deze esthetiek de inspiratie is geweest voor de hedendaagse Nederlandse uniformen.

Trump zette tijdens zijn ambtstermijn, weliswaar tegen de zin van burgemeesters en gouverneurs, federale manschappen in tegen de burgerbevolking. Dat raakt aan fundamentele vragen in een democratie: wie heeft het gezag over de politie? Zover als in Amerika gaat het hier gelukkig niet, maar de kwestie speelt in Nederland wel degelijk.

Met de invoering van de Nationale Politie verloren de burgemeesters veel van hun invloed op het apparaat. Nederland was altijd trots op de wijkagent die dicht bij de burgers staat, maar dat instituut staat zwaar onder druk, waarschuwde de Inspectie voor Justitie en Veiligheid onlangs. De 3500 wijkagenten worden voortdurend ingezet om de gaten in het rooster van de noodhulp te dichten (reageren op 112-meldingen) en kunnen hun werk als vertrouwde contactpersoon in de wijk niet doen.

Wie eruitziet als een militair gaat zich ook zo gedragen

De politie is niet meer op de hoogte van wat er speelt, kan niet meer preventief optreden en dreigt te verworden tot ‘een sociaal ontwortelde opsporingsmachine, die steevast achter de veiligheids- en misdaadfeiten aan loopt’, stelde Jan Struijs, voorzitter van politievakbond NPB, in september.

 

Het laatste redmiddel

Zover moeten we het niet laten komen. In Nederland kan de wijkagent gewoon in haar of zijn eentje op de dienstfiets een rondje maken, ook in probleemwijken. In de Verenigde Staten worden zo’n zestig agenten per jaar doodgeschoten. Bij ons komt gemiddeld eens in de drie jaar een agent om het leven door gericht geweld, volgens politiewetenschapper Jaap Timmer. Ondanks de schokkende liquidaties die hier plaatsvinden is Nederland een extreem veilig land. Met enkele tientallen moorden per jaar zijn we géén narcostaat.

Nederland laat getto’s niet verkrotten, maar investeert van oudsher in sociale woningbouw. Door de verhuurdersheffing die Den Haag heeft opgelegd aan de woningcorporaties is de bouw van betaalbare woningen de laatste jaren ingestort en de woningnood toegenomen, dus dat rampzalige beleid moet worden teruggedraaid.

Het Nederlandse onderwijs is niet slecht, maar biedt onvoldoende kansen voor jongeren uit sociaal-economisch zwakkere milieus en/of etnische minderheden. Het zijn precies die groepen die straks slachtoffer kunnen worden van massale jeugdwerkloosheid door de coronacrisis. De overheid moet dus investeren in onderwijs, banenplannen en achterstandsbuurten, bijvoorbeeld in jongerenwerkers en buurtcentra.

De botte Amerikaanse aanpak biedt geen oplossing, zo waarschuwde Femke Halsema al in 2001: ‘Je ziet steeds meer dat de politie gezien wordt als mantra voor alle sociale problemen. Er moeten meer agenten op straat en ze moeten meer bevoegdheden krijgen. De politie wordt het vuilnisvat voor de sociale problemen.’ Halsema wist als criminoloog dat de Romeinen het strafrecht al het ultimum remedium noemden, het laatste redmiddel. Niet omdat ze softies waren, maar omdat ze begrepen dat straf niet een heel effectief middel is om de samenleving te sturen.

Het interessante is dat er nu vanuit het hart van de Nederlandse strafmachine tegengeluiden komen. Greetje Bos, ex-officier van justitie en nu wethouder voor de VVD in Breda, wil een onderzoek naar legalisering van cannabis. De Brabantse recherchechef Rienk de Groot wil dat ook. Officier van justitie Disa Jironet publiceerde onlangs Misdaad en mededogen, waarin ze pleit voor een menselijker strafsysteem. Jironet noemt als voorbeeld de humane Noorse gevangenissen, waar gedetineerden bejegend worden als gewone mensen die fouten hebben gemaakt. ‘Dat deze aanpak effectief is, zie je terug in de recidivecijfers; in Noorwegen is dat 20 procent, in Nederland 50 procent.’ Dat bespaart de samenleving niet alleen veel geld, maar zorgt ook echte veiligheid op de lange termijn.

 

 

Preventief fouilleren toen…

In 2011 fouilleerde de politie in New York een recordaantal burgers: 685.724.

Van hen was 88 procent onschuldig; 53 procent was zwart, 34 procent latino en 9 procent wit.

 

… en nu

Na felle kritiek is de politie veel selectiever geworden. In 2019 werden 13.459 inwoners van New York gefouilleerd, van wie 66 procent onschuldig was. Nog steeds was slechts 9 procent wit; 59 procent was zwart, 29 procent latino. (Bron: ACLU)

 

 

Gevangenisbevolking

In de Verenigde Staten zitten er per 100.000 inwoners 655 achter de tralies. In Nederland 63. (Bron: statista.com)

 

Moorden

Jaarlijks vinden er 5,35 moorden plaats per 100.000 Amerikanen. In Nederland zijn dat er 0,55 per 100.000 inwoners.

 

Levensverwachting

De levensverwachting van Amerikanen is de afgelopen jaren licht gedaald, tot 78,6 jaar. Oorzaken zijn onder andere overdoses, suïcide en obesitas. De Nederlander wordt gemiddeld 81,8 jaar.

Reacties

Gerelateerde artikelen

‘Televisiekijkers denken dat het met de misdaad nog nooit zo erg was gesteld’

‘Vuurwapens staan in Amerika symbool voor vrijheid, autonomie en mannelijkheid’

De misdaad heeft het moeilijk

Welkom bij Maarten!

Maarten van Rossem is 's lands bekendste historicus en Amerikadeskundige. Hij is een veelgevraagd commentator op radio en tv en heeft een eigen blad: Maarten!. Verwacht diepgravende interviews, scherpe analyses en verrassende opinies.

Maak nu gratis kennis met onze journalistiek. In dit dossier hebben wij de mooiste verhalen uit ruim tien jaar Maarten! gebundeld. Lees bijvoorbeeld waarom Baudet gelijk heeft als hij zegt Fortuyns erfgenaam te zijn, wat Maarten van het Nederlandse onderwijs vindt en hoe Amerika het IS-monster gecreëerd heeft.

Wilt u de beste verhalen uit Maarten! in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze gratis nieuwsbrief.