Canada: de 28ste lidstaat van Europa
Door Ivo van de Wijdeven
Sinds hij president is, roept Trump voortdurend dat hij Canada wil annexeren. De twee landen waren elkaars belangrijkste handelspartners, maar de annexatieplannen hebben de vriendschapsband op het spel gezet. De bedeesde Canadezen hebben zich ontpopt tot vurige nationalisten en het land trekt richting Europa, waarmee het nog veel oudere banden heeft.
Uit Maarten! 2025-2. Bestel losse nummers hier of word abonnee
Nu Donald Trump terug is in het Witte Huis, richt hij zijn pijlen op alles en iedereen. Maar hij lijkt het in het bijzonder voorzien te hebben op de noorderburen van de Verenigde Staten. Trump heeft zijn mond vol over Canada. Hij is van mening dat het land zo snel mogelijk als 51ste staat moet toetreden tot de Verenigde Staten van Amerika. Annexatie door de Amerikanen zou volgens Trump beter zijn voor ieder- een. Hij ziet alleen maar voordelen: de Canadezen zouden profiteren van fors lagere belastingen en een machtig leger krijgen. Voor de Amerikanen zou het betekenen dat een handelstekort van 200 miljard dollar in één klap zou verdwijnen. Samen zouden beide landen een nóg grotere economische speler vormen.
Waarom is Trump zo geobsedeerd door Canada? Het begon in december 2024 als een slechte grap tijdens een diner met de toenmalige premier Justin Trudeau. De net verkozen Trump deed alsof hij ‘gouverneur’ Trudeau van de 51ste Amerikaanse staat op audiëntie ontving in zijn protserige paleis Mar-a-Lago. Het had bij dit diplomatieke affront kunnen blijven, maar daarna bleef Trump eindeloos herhalen dat hij het buurland wil annexeren. Er gaan verschillende theorieën rond over de reden waarom de Amerikaanse president zo vasthoudend is. Eentje lijkt voor de hand te liggen: de Trumpiaanse revival van de manifest destiny, het negentiende-eeuwse idee dat de Verenigde Staten voorbestemd zijn tot territoriale expansie. Of met andere woorden: ‘Make America Great Again’, letterlijk en figuurlijk. Trumps aanspraak op Canada past in het rijtje van Groenland, het Panamakanaal en de Golf van Amerika. Het zou de gewezen zakenman te doen zijn om grondgebied én strategische grondstoffen.
Maar er zouden ook persoonlijkere en kleinzerigere redenen kunnen zijn: Trump heeft een hekel aan Trudeau, al dan niet vanwege een viral foto van de G7 in 2019 waarop First Lady Melania verliefd in de ogen van de Canadese premier staart. Of is het een bizarre compensatie voor het feit dat Trumps hotelketen totaal is geflopt in Canada? De banaalste verklaring is dat Trump het idee in Mar-a-Lago simpelweg ingefluisterd heeft gekregen van een puissant rijke Canadese zakenman, die het eerder al opperde in rechtse podcasts.
Made in Canada
In ieder geval heeft de Amerikaanse president inmiddels een lange lijst van grieven opgebouwd. Zo houdt Canada volgens hem de deur dicht voor Amerikaanse boeren en banken. Maar zoals hij wel vaker doet, neemt de president een loopje met de waarheid. Canada is wereldwijd de tweede bestemming voor Amerikaanse landbouwproducten en meer dan een dozijn Amerikaanse banken opereert op Canadese bodem. En dat gigantische handelstekort? Dat bedraagt in werkelijkheid maar 36 miljard dollar. Wellicht is het allemaal onderdeel van een onderhandelingsstrategie om Canada te dwingen tot gunstigere handelsvoorwaarden, maar Trump heeft op hoog niveau achter gesloten deuren ook al het uit 1908 stammende verdrag over de grens tussen beide landen en de bilaterale afspraken over het gedeelde gebruik van de Grote Meren ter discussie gesteld. De bijna 9000 kilometer lange grens is volgens hem slechts een ‘onzinnige kunstmatige lijn’.
De vraag is natuurlijk hoe een annexatie in zijn werk zou gaan. Volgens de Canadese regering is Trump erop uit om de Canadese economie te slopen met hoge tarieven. Uitgaande van die redenering zal de Amerikaanse president waarschijnlijk hopen dat de Canadezen daarna met hangende pootjes bij hem aankloppen om zich aan te mogen sluiten bij de Verenigde Staten. Om extra druk te zetten zou Trump ook spelen met de gedachte om de Canadezen uit de Five Eyes-inlichtingenalliantie en de gezamenlijke NORAD-luchtverdedigingsorganisatie te zetten.
Canadezen hebben hun vakanties in de VS geannuleerd
Trumps gedram heeft groot effect in Canada. Van de weeromstuit hebben de bedeesde Canadezen zich ontpopt tot vurige nationalisten. Ze waren altijd wars van vlagvertoon, maar de maple leaf verschijnt ineens een stuk vaker in het straatbeeld. Winkels zetten producten Made in Canada in de schijnwerpers. Canadezen hebben hun vakanties in de VS geannuleerd en dragen ‘Canada is not for sale’-petjes. Met zijn annexatieplannen heeft Trump een van oudsher goede band op het spel gezet.
Dat is ook te merken in de Canadese politiek. Na een periode van sterk afkalvende steun voor zijn beleid moest Trudeau na tien jaar als premier plaatsmaken voor partijgenoot Mark Carney. Hun Liberale Partij stond er bar slecht voor in de peilingen, maar Trumps annexatiedrang bleek een blessing in disguise. Trudeau en Carney beten fel van zich af richting de VS en dat werd gewaardeerd: de Liberale Partij boekte dikke winst in de afgelopen parlementsverkiezingen.
De Canadezen lieten in de stembus duidelijk blijken dat Trump onzin verkoopt als hij zegt dat een meerderheid van hen graag een Amerikaans paspoort zou willen bezitten. Maar waar staat dat Canadese paspoort dan voor? Of anders gezegd: wat is Canada eigenlijk? Want het geografisch gezien tweede grootste land ter wereld is welbeschouwd een samengeraapt zooitje.
Onder Britse vleugels
Tijd voor een kleine geschiedenisles. Het moderne Canada is het product van Europese en Noord-Amerikaanse imperiale rivaliteit en de oorlogen die tussen 1756 en 1815 werden gevoerd. De naam ‘Canada’ is een gevalletje lost in translation: Franse kolonisten gebruikten het Iroqois-woord voor ‘dorp’ voor hun in 1608 gestichte kolonie aan de St. Lawrence-rivier. Het Franse avontuur in Noord- Amerika duurde zo’n 150 jaar: na de verloren Zevenjarige Oorlog (1756-1763) moesten de Fransen al hun bezittingen overdragen aan de Britten.
Tijdens de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783) kregen de kersverse Amerikanen klop bij Quebec, waardoor ‘Brits Noord-Amerika’ behouden bleef voor Londen, terwijl de ‘Dertien Koloniën’ hun eigen weg gingen als de Verenigde Staten van Amerika. Ook in de Oorlog van 1812 (1812- 1815) slaagden de Amerikanen er ondanks meerdere invasiepogingen niet in om Canada te veroveren. In 1818 werd 49 graden noorderbreedte ingesteld als de grens tussen beide landen ten westen van de Grote Meren.
De Britten kozen er uiteindelijk voor om de naam Canada te gebruiken voor hun bezittingen in het hoge noorden, een gigantisch maar door Koning Winter voor het overgrote deel onherbergzaam gebied. Dat maakte in de negentiende eeuw een evolutie door in plaats van een revolutie.
Na een opstand in 1837 werd het officieel tweetalige Brits Noord-Amerika een parlementaire democratie met ‘regeringsverantwoordelijkheid’ binnen het Britse Rijk. De Canadezen verkregen wel autonomie, maar geen onafhankelijkheid. In 1867 werd Canada een confederatie én een ‘dominion’, een zelfregerend onderdeel van het Britse Rijk met de Britse monarch als staatshoofd. Het werd dus geen republiek, zoals het buurland. De Canadezen volgden wel het Amerikaanse voorbeeld van westwaartse uitbreiding. Een transcontinentale spoorwegverbinding ontsloot het westen als landbouwgebied en maakte het ontginnen van de overvloedig aanwezige natuurlijke grondstoffen mogelijk. Hoge importtarieven dienden als stimulans voor de industriële ontwikkeling van het gebied rond de hedendaagse metropolen Montreal en Toronto. Een golf van Europese én Amerikaanse immigranten op de vlucht voor armoede, onderdrukking en oorlogsgeweld wist de weg naar Canada te vinden. Met de belangen van de First Nations, de oorspronkelijke bewoners, werd intussen totaal geen rekening gehouden.
Canada is het kind van een voormalige grootmacht en het kleine broertje van een andere. Canadese politici kozen er bewust voor om veilig onder de Britse vleugels te blijven. Londen leverde een afzetmarkt voor Canadese producten, militaire bescherming en – last but not least – een slot op de deur tegen Amerikaanse aspiraties om het hele Noord-Amerikaanse continent te domineren. Als onderdeel van het Britse Rijk en later het Britse Gemenebest vocht Canada aan Britse zijde in beide wereldoorlogen.
Welvaartsstaat
Wars van politieke verandering duurde het relatief lang voor de Canadezen hun in 1931 verkregen onafhankelijkheid omarmden. Pas na de Tweede Wereldoorlog gaf Canada eigen paspoorten uit en in 1965 werd – na veel discussie – de kenmerkende rood-witte Canadese vlag voor het eerst gehesen. Geloof het of niet, maar pas sinds 1982 kan het land zijn eigen grondwet wijzigen zonder eerst het Britse parlement te consulteren. Koning Charles IV is officieel nog steeds het Canadese staatshoofd en zijn beeltenis siert de Canadese dollar.
Op andere terreinen verliepen de ontwikkelingen veel sneller. Canada werd na de Tweede Wereldoorlog een industrieland met een hoge levensstandaard. En een welvaartsstaat naar Europees model met universele gezondheidszorg waar de gemiddelde Amerikaan alleen maar van kan dromen. De economie draaide als een tierelier en daarom werden immigranten met open armen ontvangen – ongeacht hun achtergrond. In 1971 omarmde Canada officieel het multiculturalisme met het Charter of Rights and Freedoms, dat aan de grondwet werd geniet.
Canada’s parlementaire stelsel en wetboeken vertonen sterk Europese trekjes
Ook op andere terreinen lijkt Canada meer op Europa dan op het buurland. Niet alleen is het land een constitutionele monarchie, het parlementaire stelsel en de wetboeken vertonen ook sterk Europese trekjes. Zo zijn er strenge wetten op wapenbezit en is de doodstraf afgeschaft. En op twee punten heeft Trump gelijk: de accijnzen op tabak en alcohol zijn veel hoger en Canada voldoet met 1,37 procent van het bbp aan defensie-uitgaven niet aan de NAVO-norm. Bijzonder is dat de Canadezen bij de oprichting van de NAVO opperden er niet alleen een militaire alliantie van te maken, maar ook een trans-Atlantische economische en politieke unie. Deze poging om de Amerikanen te temmen sneefde jammerlijk. Tijdens de Koude Oorlog positioneerde Canada zich als ‘middenmacht’, maar sceptici beweren dat Ottawa op het gebied van buitenlands beleid vooral netjes aan de leiband van Washington liep.
Canada zou in dat opzicht een ontwikkeling van kolonie naar natie naar kolonie hebben doorgemaakt. In 1988 ging ook het Canadese protectionisme bij het grofvuil ten faveure van een vrijhandelsakkoord met de Verenigde Staten. Sindsdien zijn beide economieën steeds meer met elkaar verknoopt geraakt. Trump heeft nota bene zelf in 2020 het US-Mexico-Canada Agreement ondertekend, een geactualiseerde versie van de overeenkomst.
Vandaag de dag zijn de buurlanden verreweg elkaars belangrijkste handelspartners. De Canadese regering heeft becijferd dat in 2023 dagelijks (!) bijna 400.000 mensen en 2,7 miljard dollar aan goederen en diensten heen en weer gingen over de grens. Canada is bijvoorbeeld de grootste buitenlandse energieleverancier van de VS. En vice versa.
Vooral in Ottawa leeft al veel langer de gedachte dat het verstandig zou zijn om de wederzijdse economische afhankelijkheid te verkleinen. Dat was een van de redenen om in 2009 te gaan onderhandelen met de Europese Unie over een vrijhandelsverdrag. Het resulterende Comprehensive Economic and Trade Agreement is echter nog steeds niet geheel in werking getreden en het is nog niet bekend wanneer dat wel het geval zal zijn. Intussen kruipen Canada en de EU wel steeds dichter naar elkaar toe als gevolg van Trumps barrage van uitspraken en – belangrijker nog – de tarievenoorlog die hij is begonnen.
Een tweede Californië
Het is voor Republikeinse insiders een raadsel waarom de president het buurland zo graag wil annexeren, want áls het al zou gebeuren, dan zou Canada zeer waarschijnlijk een tweede Californië worden: een grote progressieve staat. En dat zou grote gevolgen hebben voor de machtsverhoudingen in het Amerikaanse Congres, waar de Republikeinen momenteel een comfortabele meerderheid hebben. Het is tekenend dat er in de door Trump verfoeide New York Times ironische columns verschijnen die positief zijn over de annexatie van Canada.
Als puntje bij paaltje komt, neemt niemand Trumps uitspraken echt serieus. Maar zijn annexatieplannen mogen dan luchtfietserij zijn, hij heeft inmiddels wel hoge heffingen op de handel met Canada ingesteld. En de Canadese regering heeft hem met gelijke munt terugbetaald. Dat heeft ongetwijfeld reële gevolgen. Aan beide kanten van de grens hebben miljoenen mensen hun baan te danken aan het handelsverkeer met het buurland. Een handelsoorlog zal de inflatie opdrijven en de economische groei vertragen. Gewone Canadezen en Amerikanen gaan dat voelen in hun portemonnee. Zeker als ze hun baan verliezen.
De Canadezen zijn strijdbaar. Tijdens een verkiezingsbijeenkomst verklaarde Carney stoer dat Canada ‘net als in het ijshockeystadion’ zal winnen van de Verenigde Staten. Bij sportwedstrijden fluiten de als uiterst beleefd bekend staande Canadezen tegenwoordig dwars door het Amerikaanse volkslied heen. Trump heeft in ieder geval iets definitief kapot gemaakt in de band tussen beide buurlanden.
Als de Canadezen zich nog niet Europees voelen, dan gaan ze dat vanzelf doen. De gedeelde geschiedenis en hun ‘Europese’ waarden en normen maken ze tot gedroomde bondgenoten in de woelige wereld van nu. Europa kan maar beter met open armen klaarstaan.