Bewegen met Sis: Het kan verkeren

DOOR SIS VAN ROSSEM

Als kind kreeg ik de Engelse ziekte (Rachitis) met als gevolg dat ik x-benen had.

Ik ben drie dagen voor de Bevrijding geboren en heb dus de hele Hongerwinter in de buik van mijn moeder gezeten. Zij ging op een Duitse vrachtwagen naar een noodziekenhuis om te bevallen. Er was geen licht, er was niets. Toen bleek ik ook nog eens achterstevoren te liggen en er moest een gynaecoloog aan te pas komen. Die heeft me handmatig weten te draaien! Op een Canadese vrachtwagen ging mijn moeder met mij terug naar ons tijdelijke evacuatieadres. We hadden allebei geelzucht.

Maar goed, die x-benen dus. Mijn moeder ondernam zowaar een tocht met mij naar de huisarts, die haar adviseerde me op ballet te doen. En dat gebeurde. De balletlessen vonden op zaterdag plaats in de Nutskleuterschool waar ik al een jaar opzat, dus ik wist hoe ik er moest komen.  Maarten en ik werden nooit ergens heen gebracht of opgehaald.

Ik heb goede herinneringen aan die school, omdat er op een pleintje aan de voorzijde prachtige prunussen stonden die in het voorjaar overdadig bloeiden. De balletlessen gingen in het Frans en we hadden een juffrouw die op een piano speelde, meestal etudes van Chopin. Ik vond de pianomuziek prettig, het voelde vertrouwd. Mijn grootvader speelde namelijk altijd mooi op een vleugel.

Ik denk dat ik tot ongeveer mijn zeventiende op ballet ben gebleven. Vooral het spitzenwerk vond ik leuk en we hadden ook uitvoeringen. Maar het meest interessante is eigenlijk: het heeft waarlijk geholpen, want mijn x-benen verdwenen!


Sis, helemaal rechts, op ballet in 1962.

Op mijn achttiende ging ik naar de Academie voor Expressie, waar ik heel veel vakken kreeg die met bewegen te maken hebben. Ik noem historische dans, mime, volksdansen. Dit laatste vak werd bijzonder goed gegeven. We leerden veel over andere culturen, de muziek en natuurlijk de dansen. Ik vond het geweldig. Thuis werd ik uitgelachen: “Volksdansen! Zeker met geitenwollen sokken en klompen!” Het was zo’n dom vooroordeel dat ik toen al zo verstandig was om mijn mond te houden en het niet eens te verdedigen.

Maar ergens is het misgegaan, ergens moet ik gestopt zijn met bewegen. Steeds vaker had ik wel iets anders te doen dan mijn dagelijkse fietstocht. Voor ieder boodschapje op de hoek nam ik de auto, gaat lekker snel. Van wandelen werd en word ik depressief.

Maar de echte keiharde realisatie kwam toen we begonnen met het werken voor de tv-serie Hier zijn de Van Rossems.  Wat een afgang. Ik strompelde hijgend in de achterhoede mee. Mijn humeur werd daar inktzwart van. Met trappen bleek ik enorme problemen te hebben. In Den Haag viel ik van een balkon waardoor ik ook nog eens in een rolstoel vervoerd moest worden. Ik dacht: als ik zo doorga dan kom ik op zeer korte termijn definitief in een rolstoel terecht.

Om een lang verhaal kort te maken, ik kwam bij een fysiotherapeute terecht. Daar doe ik nu twee keer per week op mijn manier mijn best om nog een beetje mobiel te blijven. Mijn fysio is totaal ongevoelig voor mijn dramatisch gejammer. Al weet ik regelmatig zeker dat mijn hart het begeeft of dat ik gewoon dood neerstort. Ze heeft een geweldig wapen, een apparaatje dat de zuurstof in je bloed meet en je hartslag. Tja, daar heb ik natuurlijk niets op terug, want dat zijn gewoon feiten. Maar dat ze me nog steeds niet vermoord heeft, verbaast me soms.

Toch blijf ik dat bewegen niet prettig vinden. Vroeger vond ik het heerlijk.

Het kan verkeren!

 

Als kind kreeg ik de Engelse ziekte (Rachitis) met als gevolg dat ik x-benen had.

Ik ben drie dagen voor de Bevrijding geboren en heb dus de hele Hongerwinter in de buik van mijn moeder gezeten. Zij ging op een Duitse vrachtwagen naar een noodziekenhuis om te bevallen. Er was geen licht, er was niets. Toen bleek ik ook nog eens achterstevoren te liggen en er moest een gynaecoloog aan te pas komen. Die heeft me handmatig weten te draaien! Op een Canadese vrachtwagen ging mijn moeder met mij terug naar ons tijdelijke evacuatieadres. We hadden allebei geelzucht. Maar goed, die x-benen dus. Mijn moeder ondernam zowaar een tocht met mij naar de huisarts, die haar adviseerde me op ballet te doen. En dat gebeurde. De balletlessen vonden op zaterdag plaats in de Nutskleuterschool waar ik al een jaar opzat, dus ik wist hoe ik er moest komen.  Maarten en ik werden nooit ergens heen gebracht of opgehaald. Ik heb goede herinneringen aan die school, omdat er op een pleintje aan de voorzijde prachtige prunussen stonden die in het voorjaar overdadig bloeiden. De balletlessen gingen in het Frans en we hadden een juffrouw die op een piano speelde, meestal etudes van Chopin. Ik vond de pianomuziek prettig, het voelde vertrouwd. Mijn grootvader speelde namelijk altijd mooi op een vleugel. Ik denk dat ik tot ongeveer mijn zeventiende op ballet ben gebleven. Vooral het spitzenwerk vond ik leuk en we hadden ook uitvoeringen. Maar het meest interessante is eigenlijk: het heeft waarlijk geholpen, want mijn x-benen verdwenen! Sis, helemaal rechts, op ballet in 1962. Op mijn achttiende ging ik naar de Academie voor Expressie, waar ik heel veel vakken kreeg die met bewegen te maken hebben. Ik noem historische dans, mime, volksdansen. Dit laatste vak werd bijzonder goed gegeven. We leerden veel over andere culturen, de muziek en natuurlijk de dansen. Ik vond het geweldig. Thuis werd ik uitgelachen: “Volksdansen! Zeker met geitenwollen sokken en klompen!” Het was zo’n dom vooroordeel dat ik toen al zo verstandig was om mijn mond te houden en het niet eens te verdedigen. Maar ergens is het misgegaan, ergens moet ik gestopt zijn met bewegen. Steeds vaker had ik wel iets anders te doen dan mijn dagelijkse fietstocht. Voor ieder boodschapje op de hoek nam ik de auto, gaat lekker snel. Van wandelen werd en word ik depressief. Maar de echte keiharde realisatie kwam toen we begonnen met het werken voor de tv-serie Hier zijn de Van Rossems.  Wat een afgang. Ik strompelde hijgend in de achterhoede mee. Mijn humeur werd daar inktzwart van. Met trappen bleek ik enorme problemen te hebben. In Den Haag viel ik van een balkon waardoor ik ook nog eens in een rolstoel vervoerd moest worden. Ik dacht: als ik zo doorga dan kom ik op zeer korte termijn definitief in een rolstoel terecht. Om een lang verhaal kort te maken, ik kwam bij een fysiotherapeute terecht. Daar doe ik nu twee keer per week op mijn manier mijn best om nog een beetje mobiel te blijven. Mijn fysio is totaal ongevoelig voor mijn dramatisch gejammer. Al weet ik regelmatig zeker dat mijn hart het begeeft of dat ik gewoon dood neerstort. Ze heeft een geweldig wapen, een apparaatje dat de zuurstof in je bloed meet en je hartslag. Tja, daar heb ik natuurlijk niets op terug, want dat zijn gewoon feiten. Maar dat ze me nog steeds niet vermoord heeft, verbaast me soms. Toch blijf ik dat bewegen niet prettig vinden. Vroeger vond ik het heerlijk. Het kan verkeren!  

Welkom bij Maarten!

Maak eenmalig een gratis account aan en krijg toegang tot al onze artikelen. Lees gratis op onze site en ontvang elke twee weken nieuws, diepgravende artikelen, interviews, evenementen en acties van Maarten! in uw mailbox.

InloggenRegistreren

Reacties

Geef een reactie

Gerelateerde artikelen

Maarten, Vincent en Sis over één van hun ergernissen: sportverdwazing

Sis over modern geluk en het keukeneiland

Kunst met Sis: Vrouw Wereld

Welkom bij Maarten!

Maarten van Rossem is 's lands bekendste historicus en Amerikadeskundige. Hij is een veelgevraagd commentator op radio en tv en heeft een eigen blad: Maarten!. Verwacht diepgravende interviews, scherpe analyses en verrassende opinies.

Maak nu gratis kennis met onze journalistiek. In dit dossier hebben wij de mooiste verhalen uit ruim tien jaar Maarten! gebundeld. Lees bijvoorbeeld waarom Baudet gelijk heeft als hij zegt Fortuyns erfgenaam te zijn, wat Maarten van het Nederlandse onderwijs vindt en hoe Amerika het IS-monster gecreëerd heeft.

Wilt u de beste verhalen uit Maarten! in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze gratis nieuwsbrief.