Weemoed met Sis

DOOR SIS VAN ROSSEM

Zoals gebruikelijk ga ik regelmatig op pad om de dagelijkse boodschappen te halen. Op een dag zag ik zomaar langs de kant van de weg een prachtige groep phloxen overdadig bloeien. Tranen sprongen in mijn ogen. Wonderlijk is zo’n golf van ontroering, bijna niet te beschrijven. Je keel wordt dik, tranen verschijnen uit het niets en ik dacht: opa! Oh, die tuin in De Steeg, de geur van gemaaid gras, de rozen, oma met thee.

De ouders van mijn moeder woonden in een vrijstaand huis in De Steeg bij Arnhem, omgeven door een schitterende parkachtige tuin. Opa werkte daar tot op hoge leeftijd iedere dag in. Als je vanuit de keuken via het pad de tuin inliep, had je eerst rechts de dahlia’s. De knollen lagen ’s winters op zolder, evenals de appels. Als ik mijn ogen dicht doe, ruik ik die geur weer. Verder stond er links in de border onder andere gipskruid, dat ik als kind prachtig vond omdat het op wolken, kant of tule leek. Dan natuurlijk de phloxen en heel veel meer.

Aan het eind van die borders aan de rechterkant had mijn oma een kruidentuintje met een vijvertje. Ik weet nog dat ik van die kleine wratjes had en ze zei: “Kom mee naar mijn tuintje dan help ik je er vanaf”. Opa zei: “Ach vrouw, leer dat kind nou geen onzin”. Ze brak een stengel van een plant. Het witte sap smeerde ze erop. En verrek, het heeft geholpen, want de wrat verdween langzaam.

Verder waren er enorme stukken gras en twee appelbomen, twee verschillende magnolia’s en dan nog eens eindeloos veel rozen. Ik zal mijn opsomming staken, want er was natuurlijk nog veel meer maar dit is immers geen column over tuinen.

Tijdens de scheiding van mijn ouders heb ik een aantal maanden in De Steeg gewoond. Ik was toen dertien en zat net in Arnhem op school, dus dat was handig. ’s Ochtends vertrok ik op de fiets van oma naar school. Heerlijk vond ik die fietstochten. De school was ook prettig, want het was een mooi, oud gebouw tegenover Sonsbeek. In de lokalen aan de voorkant keek je uit op de prachtige oude bomen in het park. Ik kende er niemand, maar dat vond ik helemaal geen probleem. De docenten waren goed en ik herinner me vooral de docente Frans: een echte Française, die mij de liefde voor de Franse taal en poëzie heeft bijgebracht.

Als ik ’s middags thuis kwam, zat oma met thee in de keuken. Verrassend altijd weer als opa het gras gemaaid had! Nog steeds vind ik dat een heerlijke geur, gemaaid gras. Dan moet ik altijd weer even aan De Steeg denken en aan die heerlijke middagen.

 

 

‘Dit stukje is op 3 februari 1953 (ik was toen 7 jaar) geschreven, bedacht en getekend in mijn poëziealbum door mijn oma. Ik heet eigenlijk Mary, mijn oma noemde mij aanvankelijk Mietsie.’

De rust die er van die twee (voor mij toen) oude mensen uitging. Zo weldadig na die eindeloos ruziënde ouders van ons! Hoe veilig was dan ook het pianospel van opa als je in bed lag en je naar muziek luisterde en niet naar ruziënde stemmen. Ik ben daar heel gelukkig geweest.

Even terug naar nu. Nog veel gekker bedacht ik me onlangs dat ik op weg was om kersen te gaan kopen. Opa was in juni jarig en we aten dan altijd kersen onder de appelboom in het gras. Het was altijd zomer en altijd mooi weer.

Om met de woorden van de dichter J.C. Bloem te eindigen: ‘Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij’.

Gelukkig zitten de beelden en de geuren en het pianospel op een prominente plaats in mijn herinneringen en is de ontroering nog steeds aanwezig. Al voelt het wel weemoedig.

Zoals gebruikelijk ga ik regelmatig op pad om de dagelijkse boodschappen te halen. Op een dag zag ik zomaar langs de kant van de weg een prachtige groep phloxen overdadig bloeien. Tranen sprongen in mijn ogen. Wonderlijk is zo’n golf van ontroering, bijna niet te beschrijven. Je keel wordt dik, tranen verschijnen uit het niets en ik dacht: opa! Oh, die tuin in De Steeg, de geur van gemaaid gras, de rozen, oma met thee.

De ouders van mijn moeder woonden in een vrijstaand huis in De Steeg bij Arnhem, omgeven door een schitterende parkachtige tuin. Opa werkte daar tot op hoge leeftijd iedere dag in. Als je vanuit de keuken via het pad de tuin inliep, had je eerst rechts de dahlia’s. De knollen lagen ’s winters op zolder, evenals de appels. Als ik mijn ogen dicht doe, ruik ik die geur weer. Verder stond er links in de border onder andere gipskruid, dat ik als kind prachtig vond omdat het op wolken, kant of tule leek. Dan natuurlijk de phloxen en heel veel meer.

Welkom bij Maarten!

Maak eenmalig een gratis account aan en krijg toegang tot al onze artikelen. Lees gratis op onze site en ontvang elke twee weken nieuws, diepgravende artikelen, interviews, evenementen en acties van Maarten! in uw mailbox.

InloggenRegistreren

Reacties

Geef een reactie

Gerelateerde artikelen

Sis over modern geluk en het keukeneiland

Kunst met Sis: Vrouw Wereld

Bewegen met Sis: Het kan verkeren

Welkom bij Maarten!

Maarten van Rossem is 's lands bekendste historicus en Amerikadeskundige. Hij is een veelgevraagd commentator op radio en tv en heeft een eigen blad: Maarten!. Verwacht diepgravende interviews, scherpe analyses en verrassende opinies.

Maak nu gratis kennis met onze journalistiek. In dit dossier hebben wij de mooiste verhalen uit ruim tien jaar Maarten! gebundeld. Lees bijvoorbeeld waarom Baudet gelijk heeft als hij zegt Fortuyns erfgenaam te zijn, wat Maarten van het Nederlandse onderwijs vindt en hoe Amerika het IS-monster gecreëerd heeft.

Wilt u de beste verhalen uit Maarten! in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze gratis nieuwsbrief.