‘Ik wil het gezonde leven met een paar jaar verlengen’

Door Maarten van Rossem en Geertje Dekkers

Foto’s Sander Heezen

Veel langer leven, en vooral veel langer gezond blijven. Volgens verouderingsspecialist Andrea Maier kan het. Maar dan moeten we wel onze spieren trainen, legt ze uit aan een tegenstribbelende Maarten. ‘Op mijn leeftijd vind ik het al heel wat dat ik mijn onderbroek kan aantrekken zonder te gaan zitten.’

Uit Maarten! 2020 – 4. Bestel het nummer hier.

Op drie continenten onderzoekt internist en hoogleraar ouderengeneeskunde Andrea Maier de aftakeling van het menselijk lichaam, en manieren om die te voorkomen. Want volgens Maier, verbonden aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, de Nationale Universiteit van Singapore en de Universiteit van Melbourne, kan de mens tot ruim voorbij de honderd gezond blijven. Daar is wel de nodige training voor nodig. En als het aan Maier ligt, komen er in de toekomst technische hulpmiddelen bij, en preventieve medicatie. Binnenkort laat ze proefpersonen vanaf een jaar of veertig geneesmiddelen slikken om de verouderingsziekte dementie te voorkomen.

Maarten: ‘U hebt ooit gezegd dat ouderdom een ziekte is. Die uitspraak impliceert dat het te genezen is, maar we weten allemaal dat op het leven de dood volgt. Wat bedoelt u met die uitspraak?’

Andrea Maier: ‘Hoe fijn zou het zijn om verouderingsziektes, zoals dementie, te bestrijden? Daar gaat het mij om. Ik wil dat we langer gezond leven en daarom wil ik de gemeenschappelijke oorzaak achter die ziekten aanpakken. En dat is veroudering.

Er bestaat een wereldwijd overzicht van ziekten, de International Classification of Diseases, en sinds 2018 staat veroudering daarin. Dat betekent dat veroudering nu meetelt als ziekte, en dat is goed voor het onderzoek.

Ik ben blij dat ouderdom nu in de lijst staat, want mijn vakgebied, de ouderengeneeskunde, bevindt zich nog in de puberteit. Toen ik geneeskunde studeerde, van 1996 tot 2003, heb ik heb geen enkele les gehad in geriatrie of veroudering. Inmiddels verandert dat en hebben we in Nederland een paar hoogleraren op dat vlak. Maar de omvang van het vakgebied is nog steeds maar een fractie van andere disciplines, zoals neurologie, cardiologie of interne geneeskunde.’

Maarten: ‘En dat terwijl we steeds meer ouderen hebben. Komt het misschien doordat de geneeskunde – net als bijvoorbeeld de geschiedschrijving – is opgedeeld in kleine specialismen? Veroudering is een breedspectrumprobleem, dus misschien past die niet goed in de huidige aanpak van de geneeskunde?’

Andrea Maier

Maier: ‘Voor onderzoek naar ouderen heb je een andere methode nodig dan nu vaak wordt gebruikt. Neem onderzoek naar medicijnen. Dat gebeurt doorgaans met een homogene groep proefpersonen die verder geen onderliggende gezondheidsproblemen hebben. Dat maakt het onderzoek overzichtelijk. Maar de ouderen die de geneesmiddelen uiteindelijk gebruiken, hebben vaak wel onderliggende problemen, en het is dus belangrijk om te weten wat dan het effect van medicatie is. Bovendien slikken veel ouderen meerdere middelen, terwijl vaak niet is uitgezocht of die elkaar beïnvloeden.

Om daar iets aan te doen zijn de afgelopen vijf jaar meer onderzoeken begonnen onder ouderen. Die groep is heterogeen, want er zijn grote verschillen in de manier waarop mensen verouderen. Dat maakt het onderzoek wat moeilijker, maar dat betekent niet dat je het niet moet doen.’

Maarten: ‘Met uw onderzoek wilt u ons langer gezond houden en u hebt een boek geschreven over ons lichaam met de titel Eeuwig houdbaar. Maar de dood laat zich niet elimineren.’

Maier: ‘Er zijn onderzoekers die zeggen dat we onsterfelijk zijn, dat we eeuwig kunnen leven. Ik hoor daar niet bij, want mijn brein kan niet bevatten wat het zou betekenen om oneindig de tijd te hebben. Ik zou dan mijn levensdoel kwijtraken.

Neem de maanden in coronatijd. Ik werkte in het Royal Melbourne Hospital toen de stad zwaar werd getroffen door het virus. Op een gegeven moment was 80 procent van mijn patiënten besmet, en 40 procent van die besmette personen overleed. Het was keihard werken, en intussen leefden we in een zeer strenge lockdown. Buiten mijn werk mocht ik niemand zien.

In die zware maanden heb ik ernaar uitgekeken om weer uit de lockdown te gaan en mijn man, die momenteel in Nederland woont, te zien en dat hielp me om gaande te blijven. Het heeft ermee te maken dat ik weet dat mijn man en ik maar een eindige tijd samen hebben. Misschien is het vijftig jaar, misschien wel honderd – dat maakt niet uit. Doordat onze tijd beperkt is kan ik ergens naar uitkijken en bezig blijven. Als we eeuwig zouden kunnen leven, zouden we dat verliezen. Het maakt dan immers niet uit of je iemand een tijdje niet ziet: je hebt toch letterlijk alle tijd.’

‘Als ik oneindig zou leven, zou ik mijn levensdoel verliezen’

Maarten: ‘Hoe was het om na die strenge lockdown weer in Nederland te zijn?’

Maier: ‘Het heeft me veranderd. Ik vind het nu ontzettend druk hier. Gisteren was ik voor een interview in Amsterdam en dacht: jongens, ik kan deze drukte niet meer aan. Inmiddels ben ik 48 uur terug in Nederland en begint het een beetje te wennen. Maar dat wij hier samen zitten was in Melbourne ondenkbaar. Thuis mocht je geen bezoek ontvangen en met anderen wandelen was ook verboden. Per dag mocht je één uur naar buiten, binnen vijf kilometer van je huis. En dat werd gecontroleerd; de politie stond regelmatig voor de deur. De dag dat ik vertrok, was in heel Australië slechts één nieuwe coronapatiënt te melden. Van 5000 à 6000 per dag ging het aantal terug naar vrijwel geen.’

Maarten: ‘Heeft de corona-epidemie iets aan de ouderengeneeskunde veranderd?’

Maier: ‘Omdat bij corona leeftijd een rol speelt, worden andere medici verleid leeftijd mee te nemen in hun onderzoek. Hartspecialisten hebben bijvoorbeeld uitgezocht dat een eiwit op hartcellen – ACE2, heet het – werkt als een trede voor corona om cellen binnen te komen. Het ACE-gehalte verandert met de leeftijd en dat verklaart waarom corona vaker hartcellen van ouderen beschadigt dan van jongere mensen.

Zo is er nu een groep bezig meer naar ouderen te kijken, omdat ze willen weten wat corona met het lichaam doet. Op die manier wordt de biologie van de veroudering vernieuwd en aantrekkelijk gemaakt voor andere onderzoekers.’

Maarten: ‘In uw boek Eeuwig houdbaar legt u veel nadruk op het belang van lichamelijke oefening en het onderhoud van het lichaam. We weten allemaal dat we niet moeten roken en drinken als we oud willen worden, en wel moeten bewegen. Maar ik las ooit over de oudste persoon van Nederland, een vrouw, die er een niet bepaald gezonde levensstijl op na hield. Dat frappeerde mij.’ 

Maier: ‘Als je honderd haalt met een ongezonde levensstijl, als je bijvoorbeeld rookt, kan je lichaam daar blijkbaar goed tegen. De mensen die daar niet tegen kunnen, zijn op die leeftijd al weggevallen. Als je dus eenmaal die leeftijd hebt bereikt, is de levensstijl niet meer zo heel belangrijk.’

Maarten: ‘Ik reken dit graag naar mezelf toe. Als ik honderd word, kan ik dus rustig weer roken.’

Maier: ‘Maar dan moet u eerst honderd worden.’

Maarten: ‘Dan heb ik de pech dat ik geen vrouw ben. Die worden gemiddeld een paar jaar ouder dan mannen. Het lijkt me enorm interessant om te onderzoeken hoe dat komt.’

Maier: ‘Sorry, maar dat ben ik niet met u eens. Als je kijkt naar Europese cijfers, dan is het verschil misschien vier of vijf jaar. Dat is maar weinig. Ik wil het gezonde leven met veel meer dan een paar jaar verlengen.’

‘Als je eenmaal honderd bent, is je levensstijl niet meer zo belangrijk’

Maarten: ‘Moeten we niet kijken naar dieren die veel langer leven dan wij? Galapagos-schildpadden, bijvoorbeeld. Er schijnen nog exemplaren te leven die met Darwin hebben gesproken. Bij wijze van spreken dan, hè. Het schijnt te maken te hebben met hun stofwisseling, die op een lager niveau staat dan bij ons. Zouden we onze stofwisseling niet wat lager moeten zetten?’

Maier: ‘Naar veroudering bij dieren wordt veel onderzoek gedaan, momenteel vooral bij vleermuizen. Die kunnen wel dertig, veertig jaar worden; er zijn zelfs soorten die de vijftig halen. Voor een dier met zo’n laag lichaamsgewicht als een vleermuis is dat heel oud.

Bij vleermuizen wordt vooral gekeken naar het immuunsysteem, want dat is erg spannend. Ze laten allerlei virussen toe en leven daarmee. Met coronavirussen, bijvoorbeeld. Daarvoor schakelen ze een deel van het immuunsysteem uit, waardoor het afweermechanisme minder op gang komt. Bij de mens gebeurt dat wel. Dat is interessant, want het afweermechanisme kan ook schade veroorzaken, zeker als het in de overdrive gaat, zoals bij corona kan gebeuren.’

‘Ik wil het gezonde leven met meer dan een paar jaar verlengen’

Maarten: ‘U legt zelf veel nadruk op het onderhoud van spieren. Dat vind ik opvallend, want ik maak me veel meer zorgen over geestelijke aftakeling dan over lichamelijk verval. Mijn twee oma’s zijn allebei in de negentig geworden. Maar de laatste zes à zeven jaar van hun leven waren ze zo dement als maar mogelijk is. Mijn moeder volgde hetzelfde patroon. En er zijn heel veel meer mensen die dementeren. Waarom schrijft u bijna alleen over het lichaam en nauwelijks over het brein?’

Maier: ‘U brengt een hiërarchie van organen aan, maar voor mij is het brein gewoon een onderdeel van het lichaam. Het is essentieel, maar dat zijn het hart en het immuunsysteem ook. Uw brein heeft het hart nodig om het van zuurstof te voorzien. En er is heel mooi onderzoek gedaan dat laat zien dat de gezondheid van het hart ook effect heeft op het brein.

Veel onderzoekers focussen momenteel sterk op het brein en als het om subsidies gaat scoort breinonderzoek goed. Ik vind dat te eenzijdig, en het levert tot op heden weinig op.

De gezondheid van de rest van het lichaam is voor het brein ook ontzettend belangrijk. Hoe zou u het bijvoorbeeld vinden als uw brein super blijft werken, terwijl u niet meer zou kunnen lopen?’

Maarten: ‘Niet zo erg. Als mijn brein het nog goed doet, kan ik ook in een rolstoel vrijwel alle dingen doen die ik werkelijk leuk vind. Lezen, met name.’

Maier: ‘Maar een rolstoel maakt enigszins afhankelijk. En dus is een gezonde levensstijl belangrijk: gezond eten, voldoende bewegen en spieren trainen. Een Rotterdams onderzoek heeft aangetoond dat mensen met een gezonde levensstijl zeven jaar langer leven. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn: dat kan bijvoorbeeld door lichamelijke oefeningen te koppelen aan dagelijkse activiteiten. Door op één been uw tanden te poetsen, bijvoorbeeld.’

‘Verleng je leven door op één been tanden te poetsen’

Maarten: ‘Ik ga proberen onder deze verplichting uit te komen door u te vertellen dat ik dagelijks ongeveer vijf kilometer wandel. Tandenpoetsen is voor mij een heel complex proces, omdat ik heb geleerd om met een heel klein borsteltje het gebit zo schoon mogelijk te maken. Dat vergt nogal wat motorische coördinatie. Als ik de hele tijd zou moeten staan op één been weet ik niet of dat goed gaat.’

Maier: ‘Wandelen is goed voor hart en vaten, maar u hebt ook spierkracht nodig, en balans. Daarom vraag ik u uzelf uit te dagen en aan double tasking te doen. U mag ook op één been de vaatwasser uitruimen of onder de douche gaan staan.’

Maarten: ‘Dat is gevaarlijk, want de douchevloer is glad. Op mijn leeftijd vind ik het al heel wat dat ik mijn onderbroek nog kan aantrekken zonder te gaan zitten. Ik weet niet of ik nog verdere risico’s wil nemen. Ik ben een voorzichtig mens.’

Maier: ‘Misschien is voorzichtigheid op oudere leeftijd geboden, toch kunt u uitdaging beter niet uit de weg gaan om aftakeling te voorkomen. Dat is ook belangrijk omdat het brein achteruitgaat als het lichaam het niet meer doet.’

Maarten: ‘Als dat allemaal waar is, zou mijn brein nu al minder werken dan dertig, veertig jaar geleden.’

Maier: ‘Dat doet het sowieso. Vanaf 30-jarige leeftijd gaat het brein achteruit, al verschilt het dan nog per domein van de hersenen. Vanaf 45 jaar zie je een zeer forse afname.’

Maarten: ‘Dat is een deprimerende gedachte. Maar laten we het hebben over sociale verschillen. Hoogopgeleiden worden gemiddeld een jaar of zes ouder dan lager opgeleiden.’

Maier: ‘Inderdaad. Dat is voor het eerst aangetoond in Newcastle. In welvarende wijken daar, dicht bij het treinstation, ligt de levensverwachting een jaar of tien hoger dan in armere wijken een paar kilometer verderop.’

Maarten: ‘Ik heb het idee dat verhalen over een gezonde levensstijl vooral aanslaan in die welvarende wijken. Dat vooral de elite bezig is met gezond blijven. Hoe krijg je de rest in beweging?’

Maier: ‘Die moet je verleiden, zoals iedereen overigens. Als je wilt dat mensen minder voor de televisie zitten en meer bewegen, moet je dat aantrekkelijk maken. In een groot Europees onderzoek, dat net is afgerond, hebben we gebruikgemaakt van het feit dat de mens een sociaal dier is. Om in beweging te komen helpt het om te weten dat de buurman óók beweegt. Dan ben je meer geneigd om naar buiten te gaan, een praatje te maken en ook te bewegen. Een beetje competitie helpt ook. Daarom hebben we mensen aan elkaar gekoppeld, om samen te bewegen.

Met dat soort ingrepen moet je al beginnen op kinderleeftijd, want obesitas op jonge leeftijd is een groot probleem. Die kan schade aanbrengen aan de cellen, met gevolgen voor de gezondheid later. Daarom moeten we hen helpen gezonder te leven, en bijvoorbeeld speelpleinen heel aantrekkelijk maken – aantrekkelijker dan een smartphone.’

‘U mag ook op één been de vaatwasser uitruimen of onder de douche gaan staan’

Maarten: ‘Dat klinkt alsof we ons hele leven bezig moeten zijn met gezondheid. Is dat niet jammer?’

Maier: ‘Natuurlijk begrijp ik dat mensen niet altijd het goede doen. Ik wil zelf ook elke vrijdag mijn patat-speciaal. Maar om goede keuzes te maken kan techniek helpen. Stel je voor dat er een app is die vertelt wat je risico is op een herseninfarct als je vandaag niet beweegt, en de dagen daarna ook niet. Dan kan ik zelf, heel bewust, een keuze maken. Zo’n app is er nog niet, maar ik denk wel dat het de volgende stap zal zijn.’

Maarten: ‘Een geavanceerde versie van de stappenteller dus. Die heb ik, al heb ik me er eerst flink tegen verzet. Maar inmiddels heb ik gemerkt dat het heel stimulerend werkt.

Maar wat doet u zelf aan de toekomst van de veroudering?’

Maier: ‘Ik ben net terug uit mijn vorige plek in Melbourne, waar ik vijf jaar de beschouwende afdelingen in het ziekenhuis en de eerstelijnsgeneeskunde heb geleid. Daar ben ik mee gestopt, al blijf ik er nog wel hoogleraar. De spullen uit mijn huis daar zijn nu in containers deels op weg naar Nederland en deels naar Singapore, waar ik het Centre for Healthy Longevity ga leiden, aan de Nationale Universiteit.

Ik ben inmiddels zover dat ik het weinig zinvol vind om op hogere leeftijd orgaansystemen te verbeteren. Dan ben je te laat. Daarom wil ik de focus nu verleggen naar ‘echte’ preventie, bij mensen vanaf een jaar of 35, 40.

Dat ga ik doen in Singapore. Dat vergrijst enorm, want de levensverwachting is er hoog, maar er is weinig aanwas van kinderen. Daardoor ontstaat er een tekort aan jonge werkkrachten. Dus willen ze daar mensen langer gezond houden, zodat die kunnen blijven werken. De focus ligt daarom niet op ouderen, maar op mensen tussen de veertig en zestig. Ik ga onderzoeken hoe we bij hen veroudering kunnen voorkomen.’

Maarten: ‘Dat probleem speelt ook in Nederland. Wij vergrijzen ook en Nederlanders planten zich helemaal niet behoorlijk voort. Wel hebben we hier nog migranten die de boel een beetje op peil houden. Wat gaat u voor onderzoek doen?’

Maier: ‘Ik kijk naar bestaande geneesmiddelen tegen verschillende ziekten, die proefdieren beschermen tegen schade door veroudering. Repurposed drugs noemen we dat, hergebruikte medicijnen. We hebben net een groot onderzoek afgerond waarin we alle onderzoeken hebben samengevat die keken of medicijnen bij wormen, ratten, kippen en honden de aftakeling van het brein vertraagden. Bij proefdieren blijken bijvoorbeeld insuline, metformine en lithium in bepaalde, vaak lage doseringen, de veroudering van het brein tegen te gaan.

Met bijvoorbeeld insuline, dat suikerpatiënten gebruiken, kun je de glucosespiegel iets lager krijgen. Dat is goed, want glucose veroorzaakt oxidatieve stress: je krijgt te veel stressmoleculen in de cellen en die zorgen voor slijtage. Metformine is ook een middel dat de glucosespiegel reguleert. Dat gaan we nu testen bij mensen tussen de veertig en zestig jaar, om bij hen de gezonde evenwichten in de cellen te behouden. Na de zestig is het voor het onderzoek niet meer interessant, want dan is er al te veel schade aangericht.’

Maarten: ‘Voor mij is het dus te laat. Misschien moet ik maar een tweede leven organiseren.’

Maier: ‘Ook voor u heeft het echt nog zin om gezond te leven. Hoe oud bent u? En hoe oud voelt u zich?’

Maarten: ‘Achtenzeventig. En ik voel me begin zestig, zou ik zeggen.’

Maier: ‘Dat is een goed teken, want mensen die zich jonger voelen dan ze zijn hebben een lagere kans om snel te overlijden. Wie zich drie jaar jonger voelt, heeft 40 procent minder kans binnen vijf jaar te sterven dan iemand die zich ongeveer even oud voelt als hij is.’

‘Mensen die zich jonger voelen dan ze zijn hebben minder kans snel te overlijden’

Maarten: ‘Dan moet ik misschien toch de komende 25 jaar op één been gaan leven.’

Maier: ‘Eigenlijk moet u meer van uw lichaam houden.’

Maarten: ‘Ik ben er niet gek op. Ik vind het in wezen maar een klunzig apparaat.’

Maier: ‘Het is zo fantastisch gebouwd.’

CV

Andrea Britta Maier (Aurich, Duitsland, 19 april 1978)

1996-2003 Studie en promotie geneeskunde aan de Marten Luther Universiteit in Halle en de Universiteit van Lübeck

2003-2009 Opleiding tot Internist met specialisatie Ouderengeneeskunde

2008 Promotie geneeskunde Universiteit Leiden

2012-heden Hoogleraar gerontologie Vrije Universiteit in Amsterdam

2016-heden Divisievoorzitter Interne en acute geneeskunde, Longgeneeskunde, Geriatrie, Revalidatiegeneeskunde, Royal Melbourne Hospital van Melbourne

2016-heden Hoogleraar interne geneeskunde Universiteit van Melbourne

2017 Publicatie Eeuwig houdbaar. De ongekende toekomst van ons lichaam (Prometheus)

2021 Hoofd Centre for Healthy Longevity en hoogleraar veroudering aan de Nationale Universiteit van Singapore

 

 

Reacties

Gerelateerde artikelen

Maarten, Sis en Vincent over één van hun ergernissen: ouderdom

Oud worden

Sis: Lang Leve de Zorg!

Welkom bij Maarten!

Maarten van Rossem is 's lands bekendste historicus en Amerikadeskundige. Hij is een veelgevraagd commentator op radio en tv en heeft een eigen blad: Maarten!. Verwacht diepgravende interviews, scherpe analyses en verrassende opinies.

Maak nu gratis kennis met onze journalistiek. In dit dossier hebben wij de mooiste verhalen uit ruim tien jaar Maarten! gebundeld. Lees bijvoorbeeld waarom Baudet gelijk heeft als hij zegt Fortuyns erfgenaam te zijn, wat Maarten van het Nederlandse onderwijs vindt en hoe Amerika het IS-monster gecreëerd heeft.

Wilt u de beste verhalen uit Maarten! in uw mailbox ontvangen? Meld u dan aan voor onze gratis nieuwsbrief.